Ga naar de inhoud

Rapport maken met je cliënt

    rapport maken

    Rapport maken heeft als doel dat je cliënt zich goed voelt bij je en dat je de cliënt goed kunt helpen zijn doelen en inzichten te bereiken. Tijdens de eerste afspraak, je intake, is het maken van rapport heel belangrijk, omdat jullie in deze afspraak bepalen of jullie met elkaar doorgaan.

    Maar ook daarna, in de behandelsessies, is het maken van rapport steeds weer je eerste prioriteit. Zonder rapport kun je geen goede sessie neerzetten. Het is nodig dat je cliënt zich gezien, gehoord en begrepen voelt.

    Bij Academie Hypnos leren wij therapeuten met trance te werken. Trance is een staat die vergelijkbaar is met dagdromen, waarin je de cliënt begeleidt naar een beleving die ruimte geeft voor nieuwe inzichten. In trance, waarbij je de cliënt helpt contact te maken met zijn onbewuste, heeft de cliënt toegang tot antwoorden waar hij met zijn bewustzijn niet zo makkelijk bij komt.

    Als jij met trance werkt, dan weet je dat veel cliënten het spannend vinden om zich hieraan over te geven, zeker de eerste keer dat ze dit ervaren.

    Voor en tijdens de trance is goed rapport maken dus heel belangrijk en dit kun je doen door de cliënt vragen te stellen, zoals: ‘Wat zie je…, wat hoor je…, wat ruik je…, wat voel je… wat heb je nodig om…’?

    Hiermee spreek je de zintuigen van de cliënt aan, wat hem helpt zijn ervaring intenser te beleven.

    Het gebeurt vaak dat cliënten niet meteen antwoord op een vraag geven. Dit kan komen doordat hij de vraag tot zich door moet laten dringen of dat het even duurt om tot het antwoord te komen. De tijdbeleving in trance is anders dan bij de toeschouwer.

    Veel therapeuten vinden stiltes ongemakkelijk en vullen deze stiltes al snel met allerlei vragen. Zeker als er bij de cliënt emoties ontstaan, kan de therapeut de behoefte voelen om snel door te gaan, om de cliënt niet onnodig verdrietig te laten zijn. De therapeut kan het aanschouwen van emoties ook als ongemakkelijk ervaren, omdat dit iets in hemzelf raakt. Het doorbreken van de stilte is dan meer ten behoeve van de therapeut zelf dan ten behoeve van de cliënt.